‘Overgangsgevallen’ door Wet open overheid 

Publicatie datum: 4 oktober 2022 09:12
Het is inmiddels enige tijd geleden dat de Wet open overheid (Woo) in werking is getreden, als opvolger en vervanger van de Wet openbaarheid van bestuur (Wob). Jurist Handè Coban bespreekt de laatste ontwikkelingen. 

Actieve openbaarmaking

Een van de speerpunten van de wet is de actieve openbaarmaking (artikel 3.3 Woo). Kortgezegd krijgen burgers daarmee een recht op overheidsinformatie en wordt het bestuursorganen verplicht meer informatie actief te verstrekken en zich over de openbaarheid te verantwoorden. Het uit eigen beweging verplicht verstrekken van bepaalde informatie beweegt overheden om transparanter te zijn, althans dat is de achterliggende gedachte. Ten aanzien van de passieve openbaarmaking, dat wil zeggen het op verzoek openbaar maken van documenten, verandert er ten opzichte van de Wob niet heel veel. 

Woo: beperkt overgangsrecht

Wat opvalt is dat de Woo vrijwel geen overgangsrecht kent. Zo voorziet de wetgever alleen in overgangsrecht voor wat betreft de actieve openbaarmaking (artikelen 10.2 en 10.2a Woo jo artikel 3.3 lid 1 en 2 Woo) en voor een aantal specifieke (documenten van) organen (artikelen 10.2b - 10.2d Woo). De eerstgenoemde categorie treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip (artikel 10.3 lid 2 Woo) waardoor er voor bestuursorganen meer tijd is voor een gedegen voorbereiding. Daarnaast is een gefaseerde inwerkingtreding mogelijk op basis van een ministeriele regeling (artikel 10.2 Woo). De verwachting is dat deze openbaarmakingsverplichting per 1 januari 2023 ingaat. Voor passieve openbaarmaking (openbaarmaking op verzoek), heeft de wetgever geen overgangsrecht opgenomen en treedt de Woo wel per 1 mei 2022 in werking. 

Overgang van Wob naar Woo

Voor een groot gedeelte van de Woo heeft de wetgever dus geen overgangsrecht opgenomen. Dit maakt dat zich in de praktijk ‘overgangsgevallen’ voordoen die een belangrijke vraag oproepen: wanneer geldt de Woo en wanneer moet men de Wob als beoordelingskader hanteren voor besluitvorming? 

Wob-verzoek voor 1 mei 2022, besluit na 1 mei 2022

Doordat overgangsrecht ontbreekt is de Woo van toepassing voor de besluitvorming (zie: ECLI:NL:RBZWB:2022:2618

Wob-besluit voor 1 mei 2022, Wob-besluit op bezwaar na 1 mei 2022 

Indien het bezwaar ontvankelijk is, vindt op grondslag daarvan een heroverweging van het bestreden besluit plaats. In bezwaar toetst de bestuursrechter ‘ex nunc’, dat wil zeggen op basis van de feiten, omstandigheden en de stand van het recht op het moment van nu. Dat betekent dat ook hier de Woo van toepassing is.

Wob-besluit op bezwaar voor 1 mei 2022, beroep bij de rechter

De bestuursrechter toetst openbaarmakingsbesluiten in beroep in beginsel ‘ex tunc’. Dat wil zeggen: aan de hand van de feiten, omstandigheden en de stand van het recht op het moment dat het bestreden besluit werd genomen. Daarmee is de Wob van toepassing. (zie: ECLI:NL:RVS:2022:1699, r.o. 1.2, ECLI:NL:RBMNE:2022:2280, r.o. 1 en ECLI:NL:RBROT:2022:3470, r.o. 6)

Voor openbaarheidsverzoeken ná 1 mei, is uiteraard de Woo van toepassing. Op 2 september 2022 heeft de Rechtbank Midden-Nederland voor het eerst een uitspraak gedaan die ziet op een besluit op grond van de Woo (ECLI:NL:RBMNE:2022:3574). Een memorabel moment. Daarmee nemen wij langzaam afstand van de ‘overgangsgevallen’ en de oude Wob. 

 

 

Contact
Telefoon: 088-8883000
E-mail: info@thorbecke.nl
 
 
Volg ons via
 
 

Terug naar

Missie van Thorbecke
Door daadkracht én in samenwerking
publieke organisaties verder brengen

 

 

Thorbecke Nieuwsbrief

 

Contact
088-8883000
info@thorbecke.nl